Productcatalogus
De compacte seriële interface-unit uit de EX260-serie is toepasbaar voor de ventielen uit de SY3000/5000-, SV1000/2000/3000-, VQC1000/2000/4000- en S0700-serie. De EX260-module is een SI-unit met alleen een uitgang, die kan worden aangesloten op elk ventieleiland dat voor de EX250-serie werd ontworpen. Beschikbare protocollen zijn PROFIBUS DP, DeviceNet en EtherCAT.
De seriële interface-eenheid uit de EX120-serie regelt de uitgangen van maximaal 16 spoelen en is compatibel met ventielen van de SV1000/2000/3000/4000-, VQ1000/2000-, SX3000/5000- en SY3000/5000-serie. Beschikbare protocollen zijn onder meer DeviceNet, Profibus-DP, CC-Link en AS-i.
Serie-transmissiekit EX140.Het gebruik van een seriële transmissie-unit zorgt voor vereenvoudiging en minder tijdverlies voor bedradingswerkzaamheden.Het maximale aantal stations is 8 (16 optioneel).Alleen voor de modellen J2 en R2 is het maximale aantal stations4 (8 optioneel). Voor de series ZQ en SQ1000/2000.
De seriële interface-eenheid uit de EX180-serie regelt de uitgangen van maximaal 32 spoelen en is compatibel met ventielen van de SJ2000/3000-serie. Beschikbare protocollen zijn onder meer DeviceNet en CC-Link.
De EX250 is een seriële interface-eenheid die tot 32 spoelen kan sturen. Deze seriële interface is compatibel met ventielen uit de VQC1000/2000/4000- en de SV1000/2000/3000-serie. Beschikbare protocollen zijn onder meer DeviceNet, CC-Link, AS-i, Profibus-DP en CANopen. Op het gebruikspunt kunnen ingangsmodules worden toegevoegd of verwijderd.
De seriële interface-eenheid uit de EX500-serie kan tot 64 spoelen regelen en is compatibel met SV1000/2000/3000/4000- en VQC1000/2000/4000-ventielen. De EX500 biedt de mogelijkheid om tot 4 ventieleilanden met telkens tot 16 spoelen aan te sluiten. Beschikbare protocollen zijn onder meer DeviceNet, CC-Link en Profibus-DP.
Seriële eenheden van het EX-model bieden betaalbare en tijdbesparende oplossingen voor uw problemen met regelsystemen. Afhankelijk van de seriële eenheid, regeling van maximaal 32 spoelen en ontvangst van maximaal 32 ingangen. De diagnose- en foutopsporingsfuncties helpen de stilstandtijd zeer sterk te verminderen. Compatibele ventieleilanden zijn onder meer (N)VFS/S, (N)VZS, VQ, VQC, SX, SY, SQ, SZ, SV en ISO.
De seriële interface uit de EX600-serie biedt een volledige set diagnose- en programmeerbare parameters waarmee aan de strengste eisen kan worden voldaan. Er kunnen tot 1024 (512/512 I/O-blokken) en 7 ventieleilanden op worden aangesloten. De EX600 kan als gecentraliseerd of als gedecentraliseerd I/O-systeem of als een combinatie van beide worden geconfigureerd. Deze seriële interface is compatibel met ventielen uit de SV1000/2000/3000-, de VQC1000/2000/4000- en S0700-serie. Beschikbare protocollen zijn onder meer Profibus-DP, DeviceNet™, CC-Link en EtherNet/IP™.