Eindvergrendeling

Cilinders van het basistype met eindvergrendeling voorkomen dat werkstukken vallen wanneer de luchttoevoer daalt of de restdruk wordt ontlucht. Er zijn geen afzonderlijke luchtleidingen nodig voor de vergrendeling. Afhankelijk van het cilindermodel kan de vergrendelingspositie zich aan het ingetrokken uiteinde of aan beide uiteinden worden voorzien. Er is een ruime verscheidenheid aan opties beschikbaar.

Eindvergrendelcilinders van het geleide type zijn beschikbaar met een verscheidenheid aan vergrendelingsmethoden en vergrendelingsopties in één of beide richtingen, afhankelijk van het cilindermodel. Hiermee kunnen noodstops en tussenliggende stops worden uitgevoerd. De vergrendelingspositie kan worden gewijzigd indien de positie van de externe stopper of de dikte van de vastgeklemde werkstukken dat vereist.